Truma VarioHeat comfort

1 Gasanschluss/Magneetventil
2 Zünder
3 Brenner
4 Verbrennungslufttemperaturfühler
5 Verbrennungsluftrad
6 Umlufrad
7 Motorisch
8 Abgassysteem
9 Thermostaatplaat
10 Flammrohr
11 Wärmetauscher
12 Elektronica
13 ingangssicherung
14 Umlufteintritt
15 Warmluftaustritt
16 Kabelbaum extern
17 Kabelbaum-motor
18 Kabelbaum Magneetventil
Bedienteil 19
20 Raumtemperaturfühler

Op het Truma VarioHeat bedieningspaneel (19) wordt de verwarming gestart en de gewenste temperatuur ingesteld. Het gas stroomt via de eigen gastoevoer van het voertuig naar de verwarming. Een magneetventiel (1) regelt de gastoevoer.

De benodigde verbrandingslucht wordt via een pijp-in-pijpsysteem van buitenaf aangezogen en in de injector vermengd met gas. Het gas-luchtmengsel wordt vervolgens in de verbrandingskamer geleid, waar het door een elektrische ontstekingsvonk wordt ontstoken. De hete uitlaatgassen worden aan het einde van de verbrandingskamer op de vlamdwingplaat van de vlambuis (10) afgebogen en stromen tussen de vlambuis van de brander en de binnenwand van de warmtewisselaar (11) via de binnenbuis van de buis-in-buis systeem (8) naar buiten.

De circulatieluchtwaaier (6) zuigt de te verwarmen lucht via de circulatieluchtinlaat (14) aan en transporteert deze in de kachel. Daar stroomt de lucht langs de ribben van de warmtewisselaar (11) en warmt daarbij op. De warme lucht wordt vervolgens verdeeld via de warmeluchtuitlaat (15) of een warmeluchtverdeler in de caravan.

De in het voertuig ingebouwde kamertemperatuursensor (20) meet de luchttemperatuur in het voertuig. Wanneer de gewenste temperatuur is bereikt, schakelt de brander uit. Zodra de temperatuur onder de ingestelde waarde zakt, start de Truma VarioHeat verwarming automatisch weer op.

Nee.

Onze huidige apparatuur heeft alleen een goedkeuring voor kampeervoertuigen. De installatie in de voortent is daarom helaas niet toegestaan.

U kunt uw Truma verwarming echter achteraf uitbreiden met een warmeluchtset voor de voortent. Deze leidt de warme lucht uit de aanwezige caravanverwarming direct in de voortent.

Voor reeds ingebouwde verwarmingstoestellen geldt het behoud van eerdere goedkeuringen.

Ja, verwarmen tijdens het rijden is met de Truma verwarmingstoestellen Combi en VarioHeat mogelijk.

Bij de verwarmingstoestellen Truma S en Trumatic S is het gebruik tijdens het rijden alleen mogelijk met een schoorsteenopzetstuk, waarvan de afvoer op geen enkele wijze kan worden belemmerd. Truma adviseert daarvoor het schoorsteenopzetstuk T-3 of het schoorsteenopzetstuk T-2. Anders kan de vlam terugslaan en schade aan de verwarming veroorzaken.

Het schoorsteenopzetstuk moet tenminste 10 cm boven dakopbouwen (kofferboxen, ski- of bagagedragers) uitsteken, zodat de verwarming feilloos werkt.

Voor het gebruik van de kachel tijdens het rijden is in de richtlijn UN ECE R 122 voor campers en caravans een veiligheidsafsluiter voorgeschreven. De gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS voldoet aan deze eis. Door de inbouw van deze gasdrukregelaar, met een daarvoor eveneens geschikte gasinstallatie, is het gebruik van een typegekeurde vloeibaar-gasverwarming tijdens het rijden volgens de richtlijn UN ECE R 122 in heel Europa toegestaan. Nationale voorschriften en regelingen moeten in acht worden genomen.